Blog

Deze talen zijn moeilijk te leren

Een nieuwe taal leren kan lastig zijn, maar de ene taal is lastiger dan de andere. Het hangt bijvoorbeeld voor een groot deel af van je moedertaal.

Als de moedertaal en de te leren taal afstammen van dezelfde taalfamilie, dan is de andere taal makkelijker te leren.

Zo behoren het Nederlands, Duits en Engels tot de West-Germaanse talen en daarom zijn Duits en Engels voor ons niet moeilijk om te leren. Maar het hangt ook af van andere factoren, bijvoorbeeld of iemand een ‘talenknobbel’ heeft.

Factoren

Er bestaan rond de zesduizend talen op de wereld. Omdat het leren van een taal afhangt van de moedertaal, is het lastig de te leren taal een moeilijkheidsgraad toe te kennen. Iemand uit Japan zal meer moeite hebben met het Nederlands dan iemand uit Duitsland, en iemand uit China zal meer moeite hebben met het leren van Spaans dan iemand uit Portugal.

Het oppikken van een taal hangt ook af van motivatie, omstandigheden, geheugen, luistervaardigheid, intelligentie en talent. Iemand met een talenknobbel krijgt een andere taal makkelijker onder de knie dan iemand die meer van de exacte kant is. En iemand die om professionele redenen een andere taal moet leren, zal de taal sneller leren dan wanneer hij het gewoon zomaar doet.

Moeilijk en minder moeilijk

Voor Nederlanders zijn Japans, Chinees, Koreaans en Arabisch ingewikkelde talen om te leren. Alleen al het schrift van deze talen is ontzettend lastig omdat het uit tekens bestaat en niet uit letters zoals wij die kennen.

Ook talen als Fins, Grieks, Thai, Pools, Hebreeuws, Vietnamees, IJslands, Slavische talen, Tsjechisch, Baskisch, Turks en Hongaars zijn redelijk lastig voor ons. Romaanse talen als het Frans, Spaans, Italiaans en Portugees zijn voor ons gemiddeld moeilijk. Deze talen stammen af van het Latijn en wanneer iemand één van deze talen redelijk beheerst, is het niet moeilijk om de andere talen te leren. Ook het Roemeens, Zweeds en Noors zijn voor ons, naast het Engels en Duits, niet al te moeilijk. En het Afrikaans al helemaal niet omdat dit een dochtertaal van het Nederlands is; 90 tot 95% van de woordenschat is van Nederlandse origine.

De moeilijkste talen

Volgens het Guinness Book of Records zijn de moeilijkste talen het Tabassaran in de Kaukasus omdat deze taal maar liefst 48 naamvallen kent; de Noord-Amerikaanse indianentaal Haida, die met 70 de meeste voorvoegsels ter wereld heeft; Amale uit Papoea-Nieuw-Guinea, de taal met de meeste werkwoordsvormen: meer dan 69.000 verbogen en 860 onverbogen vormen; en de taal van de Inuit (Eskimo’s) in Alaska en Groenland met alleen al 63 verschillende werkwoordsvormen voor de tegenwoordige tijd en meer dan 252 verbuigingen voor zelfstandige naamwoorden.

Het aller moeilijkst zijn de kliktalen die op het Afrikaanse continent voorkomen. Xhosa is één van deze talen, overigens de moedertaal van wijlen Nelson Mandela. De moeilijkste kliktaal is het !Xóõ (Taa), gesproken door 3000-4000 mensen in Botswana en 200 mensen in Namibië. !Xóõ kent een enorme klankinventaris: 5 klinkers, 56 ongeaffecteerde medeklinkers en niet minder dan 80 klikmedeklinkers. Daarnaast is er nog de ‘kiss’, een klank met een zoengeluid. Overigens kun je deze taal maar beter niet leren want het schijnt dat sprekers vaak een gezwel op het strottenhoofd ontwikkelen.